Bel ons: 070 891 00 00

Flexibilisering van de arbeidsmarkt

De huidige flexibilisering van de arbeidsmarkt is doorgeschoten. Zowel flexibele krachten als zelfstandigen verkeren steeds vaker in een minder sterke positie en blijven daar langdurig in vastzitten. Het kabinet wil de verschillen tussen de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en vormen van flexibele arbeid in arbeidsovereenkomsten verkleinen. Hierbij is het doel dat werkenden met flexibele overeenkomsten meer zekerheid krijgen. De regelgeving voor tijdelijke contracten worden verder aangescherpt om duurzame arbeidsrelaties te bevorderen bij structureel werk. Ook worden de kosten en risico’s voor werkgevers verlaagd voor werknemers met een vaste arbeidsrelatie.

Wat is flexibilisering van de arbeidsmarkt?

Met de flexibilisering van de arbeidsmarkt hebben werkgevers meer mogelijkheden gekregen om de arbeidsrelaties aan te passen aan veranderende omstandigheden. Dit kan bijvoorbeeld door het inzetten van flexwerkers (uitzendkrachten, oproepkrachten, payrollers en ZZP’ers).

Arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zelfstandigen

Een verplichte AOV voor zelfstandigen zal naar verwachting op 1 januari 2025 in werking treden. Zelfstandigen kunnen echter rekenen op een betaalbare arbeidsongeschiktheidsverzekering. Dit dient als een financieel vangnet voor zelfstandigen die arbeidsongeschikt raken. Door de flexibilisering van de arbeidsmarkt is het aantal zelfstandigen forse gestegen. In de praktijk worden ziekte of arbeidsongeschiktheidsverzekeringen niet afgesloten. Het kabinet bekijkt de mogelijkheden om uit de publieke verzekering (opt-uit) en via een private verzekeraar een verzekering af te sluiten. Het doel daarvan is dat zelfstandigen zelf kunnen bepalen welke verzekering het best bij hen past. IB-ondernemers (ondernemers voor de inkomstenbelasting) en meewerkend echtgenoten worden verplicht zich te verzekeren. Directeur-grootaandeelhouders (DGA’s) en resultaatgenieters worden vooralsnog niet verplicht om een AOV af te sluiten.

Loonkostenvoordeel (LKV) aanvragen automatiseren?

De PreVenTool stelt slimme vragen aan nieuwe werknemers om subsidie te krijgen.

LEES MEER

AOV-verzekering zelfstandigen

Elke zelfstandige moet zich standaard verzekeren voor een uitkering van 70% van het laatstverdiende inkomen tot aan de grens van 143% van het loon geregeld in de Wet minimumloon en vakantiebijslag (WML). De uitkering is maximaal 100% van het WML. De premies van periodiek uitgekeerde arbeidsongeschiktheidsverzekeringen zijn fiscaal aftrekbaar.

Roosterzekerheid en inkomenszekerheid oproepcontracten

Werkenden met een oproepcontract moeten uit kunnen gaan van een hogere mate van inkomens- en roosterzekerheid. De flexibilisering van de arbeidsmarkt heeft werkgevers meer vrijheden gegeven rondom diverse contracten. Oproepcontracten, zoals nuluren- en de huidige min-maxcontracten worden afgeschaft. In plaats daarvan wordt een basiscontract ingevoerd.

Vanwege de nieuwe zekerheden die gaan gelden voor het basiscontract heeft het kabinet de intentie om het nieuwe basiscontract onder de lage WW-premie te brengen, mits er sprake is van een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Met de Belastingdienst en het UWV wordt bekeken of, hoe en op welke termijn deze maatregel uitvoerbaar is. Als werknemers structureel meer uren werken dan in hun contract minimaal is vastgesteld, dan volgt na 12 maanden een aanbod tot aanpassing van de arbeidsomvang in het contract.

Roosterzekerheid en inkomenszekerheid scholieren en studenten

Scholieren en studenten kunnen met een bijbaan nog wel blijven werken op basis van de huidige oproepcontracten. Losstaand van het basiscontract, blijven contracten met een jaarurennorm mogelijk.

Sneller zekerheid bij uitzendwerk

Uitzendkrachten krijgen sneller, na 52 gewerkte weken, een contract met meer zekerheid bij het uitzendbureau waar zij werken. De huidige wet- en regelgeving stelt dit deels al vast. De arbeidsvoorwaarden van uitzendkrachten, met betrekking tot het loon en overige vergoedingen en geldende regelingen over arbeids- en rusttijden, moeten nu al tenminste hetzelfde zijn als voor werknemers die in dienst zijn bij het bedrijf waar de uitzendkrachten aan worden uitgeleend.

Aanvullende maatregelen uitzendwerk

Het kabinet vult dit aan met de voorwaarde dat ook de overige arbeidsvoorwaarden tenminste gelijkwaardig moeten zijn. Pensioen weegt mee in het totaalpakket, waarbij het uitzendpensioen een marktconform niveau krijgt.

Certificeringsstelsel

Werkende uitzendkrachten zullen niet alleen de juiste rechten krijgen, maar deze in de praktijk ook kunnen verwezenlijken. Om dit in de toekomst beter te borgen is het kabinet voornemens om onder andere een certificeringsstelsel in te voeren voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten.

Klopt de sectorindeling van je bedrijf nog wel? Betaal niet te veel premie!

LEES VERDER

Tijdelijk werk is tijdelijk

Het kabinet borgt dat tijdelijk werk ook enkel tijdelijk wordt ingezet. Door de huidige onderbrekingstermijn, die geldt voor ketens van tijdelijke contracten (zes maanden), te laten vervallen wordt gewaarborgd dat tijdelijk werk enkel tijdelijk is. Deze huidige regeling wordt vervangen door een administratieve vervaltermijn van vijf jaar. Deze maatregelen dragen bij aan meer keuzes van de arbeidsvorm op basis van de aard van het werk. Het kabinet is ook voornemens te realiseren dat werknemers hun rechten daadwerkelijk kunnen verwezenlijken en dat ze niet alleen op papier over meer zekerheid beschikken. Lees ook: Onderbrekingstermijn tijdelijk contract vijf jaar

Draaideurconstructies voorkomen

De kabinetsinzet is om draaideurconstructies bij tijdelijk werk te voorkomen en om zo het perspectief op een overeenkomst voor onbepaalde tijd voor werknemers te vergroten. Dit betekent dat als er tussen twee arbeidsovereenkomsten met dezelfde werkgever een periode van vijf jaar of langer zit, de keten van tijdelijke contracten die een werknemer bij die werkgever mag aangaan opnieuw begint. Deze langere onderbrekingstermijn zal ook gelden bij uitzendkrachten. Het kabinet schrapt bovendien de huidige mogelijkheid om van de duur en het aantal contracten in de cao af te wijken. Dat geldt ook voor de mogelijkheid om in het kader van opvolgend werkgeverschap van de duur van de ketenbepaling in de cao af te wijken.

Arbeidscommissie

In het rapport van het aanjaagteam Roemer is aanbevolen om een arbeidscommissie in het leven te roepen om de toegang tot het recht te verbeteren. Voor de zomer van 2023 zal besluitvorming over de vormgeving van de arbeidscommissie plaatsvinden en zal de Tweede Kamer daarover geïnformeerd worden.

Arbeidsrecht beschermen kwetsbare groepen

Specifiek voor het arbeidsrecht laat dit onderzoek belangrijke aanknopingspunten zien om de effectuering voor de kwetsbaarste groepen te verbeteren, met name voor laagbetaalde werknemers, flexibele werknemers én arbeidsmigranten. Dit ziet op drie punten waarin de toegang tot het recht kan worden verbeterd: verbetering in de informatievoorziening, verbetering van de toegang tot professionele ondersteuning en laagdrempelige geschilbeslechting met mogelijkheden voor bemiddeling en de-escalatie.

Inkomensvoorziening oudere werklozen

Het kabinet kiest ervoor de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) weer met vier jaar te verlengen. Senioren worden niet sneller werkloos dan andere groepen, maar eenmaal werkloos is de weg terug naar werk wel langer en moeizamer. Zestigplussers hebben een grotere kans op langdurige werkloosheid. Vanwege de gedegen aanpak van de IOW op langere termijn, wordt de regeling verlengd om terugval in inkomen voor deze groep te blijven dempen.

Wendbaarheid binnen overeenkomst voor onbepaalde tijd

In premiedifferentiatie WW is voor overeenkomsten voor onbepaalde tijd geregeld dat overwerk, tot en met 30% van het aantal contracturen, mogelijk is om de lage WW-premie af te mogen dragen. Indien er gemiddeld over het jaar meer dan 30% wordt overgewerkt. Is de werkgever met terugwerkende kracht de hoge WW-premie verschuldigd.

Wijziging WW-premie herzieningssituatie

Voor contracten met een gemiddelde arbeidsomvang van minimaal 35 uur per week geldt de zogenaamde 30% herzieningssituatie namelijk niet. Om conform het SER-MLT-advies de wendbaarheid binnen overeenkomsten voor onbepaalde tijd te vergroten, wordt voor contracten met een bijna voltijds arbeidsomvang de grens aangepast naar meer dan 30 uur per week.

Meer weten over flexibilisering van de arbeidsmarkt?

Meer weten over dit onderwerp? Stel uw vraag hier.

"*" geeft vereiste velden aan

Hidden

Gerelateerde artikelen

Volg ons op social media.
Vengroot is te vinden op LinkedInFacebookInstagramX (Twitter) en YouTube!

To search, begin typing